Wij staan elk jaar in de top 3 van de beste advocatenkantoren op het gebied van klanttevredenheid.

Wij staan elk jaar in de top 3 van de beste advocatenkantoren op het gebied van klanttevredenheid.

Edward wint zaak over verblijfsgat bij wijziging verblijfsvergunning

In deze zaak beschikte cliënt over een verblijfsvergunning als kennismigrant geldig van 13 december 2017 tot 14 juni 2024. Op 31 december 2020 treedt hij uit dienst bij zijn werkgever. Ruim voor die datum, op 6 november 2020, dient hij een aanvraag als zelfstandig ondernemer in. Deze aanvraag is met veel stukken onderbouwd.

RVO komt op 1 juni 2021 met een negatief advies, en de IND wijst de aanvraag af. In bezwaar worden door cliënt op 12 augustus 2021 aanvullende stukken ingediend. Op 29 september komt RVO met een positief advies. De IND verleent de verblijfsvergunning als zelfstandig ondernemer met ingang van 12 augustus 2021. Hierdoor ontstaat een verblijfsgat van 1 januari 2021 tot 12 augustus 2021. En zijn alle jaren van 13 december 2017 tot en met 31 december 2020 ‘verloren’.

Edward stelt namens de cliënt beroep in tegen het verblijfsgat. En die wordt gewonnen!

Op welke grond? De rechtbank oordeelt dat de IND ten onrechte heeft gesteld dat eerst met de op 12 augustus 2021 overgelegde stukken is aangetoond dat wordt voldaan aan de voorwaarde van een verblijfsvergunning als zelfstandig ondernemer (wezenlijk Nederlands economisch belang).

RVO is de adviseur van de IND. Een advies van de RVO kan worden aangemerkt als een deskundigenadvies. Het advies van RVO moet naar de wijze van totstandkoming zorgvuldig en naar inhoud inzichtelijk en concludent te zijn.

De rechter oordeelt dat de IND niet aan haar vergewisplicht heeft voldaan door niet op te merken dat de RVO bij haar allereerste advies niet de twee aanvullende overeenkomsten van opdracht heeft betrokken die de vreemdeling had ingediend. De IND had dan ook volgens de rechtbank aan de RVO moeten vragen of deze twee aanvullende overeenkomsten aanleiding geven tot bijstelling van het eerste advies. Dat is niet gebeurd. Ook overweegt de rechtbank in de uitspraak dat er geen aanknopingspunten zijn voor het oordeel dat de aanvraag voor het uitbrengen van het eerste advies incompleet en onvolledig was of dat het ondernemingsplan gebreken vertoonde. De rechtbank verklaart het beroep gegrond, en de IND moet een nieuwe beslissing nemen.

Klik hier voor de uitspraak.